Het zal krantenlezers niet ontgaan zijn dat Pieter Omtzigt op 1 september jl. de HJ Schoo-lezing heeft gegeven. Hij waarschuwde daar dat Nederland “aan de vooravond staat van een razendsnelle demografische krimp, die buiten tijden van oorlog en zeer dodelijke ziektes als de pest nog nooit is voorgekomen”. Daar ook in de EU het geboortecijfer gedaald is, zullen arbeidsmigranten vooral uit Afrika moeten komen.
Volgens Omtzigt zijn de geopolitieke implicaties daarvan moeilijk te onderschatten. Welke implicaties dat dan zijn, legde hij verder niet uit. Maar voor velen was het duidelijk: het tekende de racistische opvattingen van Omtzigt. Misschien ben ik ook wel een racist, maar ik vond het een nogal voor de hand liggende constatering. Mijn conclusie zou zijn dat het meer dan ooit gewenst is dat immigratie van zowel arbeids- als asielmigranten selectiever wordt. Punt.
Omtzigt wil geen concurrerende zorgverzekeraars
Mij viel iets heel anders op in zijn lezing. Dat was dat hij een nogal SP-achtige visie heeft op het Nederlandse stelsel van zorgverzekeringen. Neem dit citaat uit de tekst van de lezing:
Wanneer je de sturing van het zorgstelsel uit handen gegeven hebt bijvoorbeeld, dan kun je zorgverzekeraars de schuld geven als er tekorten ontstaan. Zij zijn anoniem, mogen een winstoogmerk hebben en kunnen zich moeilijk verdedigen. Maar dat de regie bij zorgverzekeraars terechtkwam, dat was wel gewoon een politieke keuze. Nederland is het enige land in de EU waar het zorgstelsel geheel gerund wordt door private zorgverzekeraars. Dit is geen natuurverschijnsel – hoewel dat wel zo wordt voorgesteld – maar beleid.
H.J. Schoo-lezing, blz. 60/61
Zorgverzekeraars zijn in Nederland inderdaad ondernemingen met een winstoogmerk. Zij concurreren met elkaar om de gunst van de verzekerden en doen dat voornamelijk met de premie.
Zorgverzekeraars worden zwaar beperkt
Die concurrentie is echter wel duidelijk door de overheid aan banden gelegd. Zo mogen zorgverzekeraars niet aan cherry-picking doen, dat wil zeggen ze mogen niemand als klant weigeren. Dus ook geen mensen met een hoge kans op ziekte. Dat is overigens geen voldoende middel tegen die neiging tot risicoselectie door zorgverzekeraars. Als zorgverzekeraars bij voorbaat weten dat ze verlies zullen leiden op sommige klanten, kunnen ze nog altijd proberen deze slechte risico’s op een indirecte wijze te weren. Zij kunnen dat bijvoorbeeld doen door hun advertenties te richten op de goede risico’s.
Dit gebeurt in Nederland. Omtzigt geeft daar een voorbeeld van in de HJ Schoo-lezing (blz. 75). Het gaat om zorgverzekeraar Promovendum die adverteert als de verzekeraar voor hoger opgeleiden. Om zorgverzekeraars zo min mogelijk aanleiding te geven zich te richten op de goedkope klanten, vindt er echter ook nog risicoverevening plaats. Zorgverzekeraars die veel zieke klanten hebben (de slechte risico’s) en daarom hoge kosten, krijgen een compensatie voor die hoge kosten. Die risicoverevening wordt gefinancierd uit een fonds dat wordt gevuld met een deel van de inkomensafhankelijke premies (te betalen door werkgevers of zelfstandigen). In beginsel moet die risicoverevening de winst op ‘risicoselectie’ helemaal uitsluiten, maar dat lukt – zie het bestaan van Promovendum – niet helemaal.
Medici bepalen de zorgkosten
Laten we eens kijken naar de invloed van medici in het zorgstelsel. Medici stellen de diagnose op van een patiënt en bepalen welke behandeling nodig is. Behalve dat zij daarmee proberen de patiënt te genezen, bepalen zij direct ook hun eigen inkomen. Er kan dus een prikkel zijn om patiënten te veel te behandelen. Medici krijgen daar ook de kans toe, want het aanbod (medici/ziekenhuizen) heeft zo’n grote invloed op de medische consumptie dat het erop lijkt dat de vrager (verzekerden/patiënten) letterlijk alles slikken wat ze krijgen aangeboden.
Dat kan ook niet anders, want een patiënt weet meestal niet hoeveel medische zorg hij/zij nodig heeft en zal zich laten leiden door de arts. Patiënten zijn dan ook niet de aangewezen personen om het financiële eigenbelang van de medici in toom te houden. Er zijn twee partijen die financieel tegenwerk zouden kunnen bieden aan de medici, namelijk de overheid en de zorgverzekeraars.
Zorgverzekeraars kunnen de zorgkosten beperken
Risicoselectie door zorgverzekeraars wordt dus zoveel mogelijk uitgesloten. Maar dat verklaart nog niet waarom concurrerende zorgverzekeraars heilzaam zijn. De verklaring is dat zorgverzekeraars de premie zo laag mogelijk proberen te houden om aantrekkelijk te blijven voor klanten. Dat kan echter alleen door de zorguitgaven te beperken. Dat betekent niet dat zieke verzekerden te weinig behandeling krijgen. Het betekent dat ze geen onnodige behandeling krijgen. Daarvoor moeten zorgverzekeraars medici in toom weten te houden.
Nu krijgen zorgverzekeraars voortdurend informatie binnen over de kwaliteit en de kosten van behandelingen. Zij zouden dus in staat moeten zijn zorgaanbieders op hun kwaliteiten en doelmatigheid te beoordelen. Zorgverzekeraars kennen dus de medici die te dure behandelingen declareren. Het ligt dan voor de hand deze dure medici geen contract aan te bieden. Dat is voor die medici niet prettig, want zonder contract met een zorgverzekeraar, kunnen ze in beginsel de klanten van die zorgverzekeraars niet behandelen. Alleen al de dreiging geen contract te krijgen, kunnen medici ertoe bewegen kwalitatief hoogwaardige behandelingen te leveren tegen zo laag mogelijke kosten.
Burgers hebben dan geen vrije artsenkeuze
Het betekent wel dat burgers alleen die artsen kunnen kiezen die een contract met hun verzekeraar hebben. Deze zogenaamde beperkte artsenkeuze is in Nederland echter controversieel. Tien jaar geleden sneuvelde een voorstel voor beperkte artsenkeuze in de Eerste Kamer, zoals ik eerder beschreef.
Voor burgers als verzekerden is het echter voordelig als er geen vrije artsenkeuze is. Tenminste, als zij lage premies en een goede behandeling bij ziekte belangrijker vinden dan de vrijheid om zelf een medicus te kunnen kiezen. Als die vrijheid wel de norm is, kunnen patiënten op zoek gaan naar artsen die veel willen behandelen. Voor een patiënt kan het namelijk geruststellend zijn als zij een arts vinden die een patiënt veel behandelingen zou willen geven. Het doet er dan minder toe of al die behandelingen effectief zijn. Voor burgers betekent die vrijheid daarentegen dat er al snel onnodige kostenstijgingen in de zorg optreden.
Omtzigt wil het ziekenfonds
In wat ik de care-zorg noem had marktwerking nooit ingevoerd mogen worden. Cliënten in deze sector zijn namelijk niet in staat de beste zorgaanbieder te kiezen. Omtzigt blijkt daar nu ook tegen te zijn. Ik kan me echter niet herinneren dat hij in zijn jarenlange lidmaatschap in de Kamer ooit een initiatief heeft genomen om aan die marktwerking een ‘echt’ einde te maken. Het is echt niet zo heel moeilijk daar iets voor te bedenken, maar Omtzigt lukte dat niet. Krokodillentranen dus.
Bij zorgverzekeringen kan in beginsel marktwerking wel goed werken. De meeste volwassen Nederlanders zijn in staat een weloverwogen keuze tussen verzekeraars te maken. Nu denkt Omtzigt – zie hiervoor – dat zorgverzekeraars van de wetgever de regie over het zorgstelsel hebben gekregen. Dat is maar ten dele waar. Zij hebben indirect de taak gekregen om de zorgkosten te beperken. Concurrentie met de premies moet daarvoor zorgen. Het lijkt erop dat Omtzigt die concurrentie niet wil.
Het alternatief is dan het ziekenfonds zoals we dat tot 2006 hadden. Het ziekenfonds hoeft echter geen moeite te doen klanten te werven. De wetgever wijst die klanten namelijk toe. Er is dan ook voor ziekenfondsen geen reden zorgkosten te beperken. Hoe wil Omtzigt dan de kosten beperken? Op blz. 46 van het verkiezingsprogramma van het NSC vinden we het antwoord. De Nationale Zorgautoriteit (NZa)moet daarvoor zorgen. De NZa heeft inderdaad gegevens over de kosten die medici maken. Voor mij is het echter zeer de vraag of de NZa voldoende motivatie en kracht heeft om te dure medici een halt toe te roepen.
Dus
vrees ik dat als Omtzigt zijn zin krijgt en het ziekenfonds weer wordt ingevoerd, de zorgkosten zullen gaan stijgen. Als dan ook nog op termijn het eigen risico wordt afgeschaft, kunnen we nog wel eens een explosie van de zorgkosten krijgen. We zullen zien wat onze minister van VWS daarover op Prinsjesdag te zeggen heeft.
0 reacties