Groupies of machtige mannen?
Zelf ben ik eens het middelpunt geweest van een sociale-mediarelletje. Ik had iets te provocerend beweerd dat we op de Universiteit niet aan MeToo-acties moesten beginnen. Het provocerende was dat ik mij hardop afvroeg of er ook vrouwen waren die aanleiding hadden gegeven om door Harvey Weinstein seksueel geïntimideerd of misbruikt te worden.
Daarbij dacht ik aan groupies. Een groupie is volgens Van Dale een “meisje dat uit adoratie voor een popmusicus intieme toenadering tot hem zoekt en overal met zijn groep meetrekt.” Beroemde of machtige mannen blijken een aantrekkelijk object voor sommige vrouwen te zijn.
Johan Derksen in het web van een groupie?
Behalve muziekgroupies bestaan er ook voetbalgroupies. Vrouwen die rond bekende voetballers cirkelen en tot veel bereid zijn om in contact te komen met hen. Er bestaan zelfs sites (zoals deze), waar tips worden gegeven hoe je dat het beste kunt doen. Deze tip bijvoorbeeld: “Dus zorg je dat je gepaald (op hakken), geföhnd, gemak-upt, gelakt en glimlachend langs de lijn staat als je versierplannen hebt.”
Johan Derksen was 50 jaar geleden ook eens zo’n voetballer, niet zo vreselijk top, slechts eerste divisie. Toch kennelijk bekend genoeg om toen –dus 50 (!!) jaar geleden – samen met een andere voetballer twee vrouwen aan de haak te slaan, of door die vrouwen aan de haak te zijn geslagen. Enfin, er gebeurde verder niets, behalve dan dat Johan Derksen iets met een kaars deed. Metronieuws meldde dat het volgens het Openbaar Ministerie (OM) “een ernstig feit” betrof dat “heftige reacties in de samenleving heeft veroorzaakt”. Toch heeft het OM de zaak geseponeerd. Maar, aannemende dat er een strafbaar feit is gepleegd, waren die vrouwen dan ook niet schuldig? Waren zij voetbalgroupies? Was er niet op een of andere manier sprake van uitlokking?
In de culturele wereld heeft men maar twee ogen
Inmiddels is het mij wel duidelijk dat het bij de seksuele wandaden in de culturele wereld heel vaak niet om uitlokking gaat. Wantoestanden komen voor als het om carrièrebeslissingen gaat. Op de een of andere manier is men daar niet in staat bij het beoordelen van kandidaten het bekende vier-ogenprincipe toe te passen. Of het nu gaat om een screentest voor een film – zie Harvey Weinstein – of om een talentenprogramma – zie the Voice of Holland – of om de selectie voor een plaats in een orkest, zie Joris Jan Leusink, het is steeds hetzelfde.
Mannen – het zijn steeds mannen – maken misbruik van hun machtspositie. Na het zoveelste incident van seksueel wangedrag vraag je je dan telkens weer af hoe dat mogelijk is. Waarom komt niemand op het idee te voorkomen dat mannen in de culturele wereld in hun rol als beoordelaar of begeleider van vrouwen kunnen doen wat ze willen? Het kan toch niet zo moeilijk zijn een tweede onafhankelijke persoon een oogje in het zeil te laten houden.
Enfin, mijn punt was dat als MeToo-acties op de universiteit schering en inslag zouden worden, iedere docent uit moest kijken in de val van een wraaklustige student te trappen. Bovendien waren (en zijn) er vertrouwenscommissies. Daar komt nauwelijks iemand klagen. Dus, zo groot zal het probleem in de academische wereld niet zijn.
Seksuele intimidatie op de academie
Of dat laatste waar is, weet ik ook niet meer. Ik verkeerde tijdens mijn werkende leven vrijwel alleen onder economen, bijna altijd alleen maar mannen. Economen zijn een beetje vakidioten die het de hele dag voornamelijk over incentives en trade-offs hebben. Ik kan me van bijna 50 jaar omgaan met economen geen enkel gesprek herinneren waar het ging over “juffrouwen”, “kaarsen”, “wie ga jij doen?”, enzovoorts. Werken met economen was vooral erg aseksueel.
Bovendien was er, zeker in mijn laatste baan bij de economische faculteit in Tilburg, nauwelijks sprake van hiërarchie. Misbruik maken van een positie was dus al nauwelijks mogelijk. Het kan zijn dat mijn mening te veel gekleurd is door wat ik zelf heb meegemaakt. Uit een onderzoek van Naomi Ellemers blijkt namelijk dat ook in de wetenschap grensoverschrijdend gedrag veelvuldig voorkomt.
Tamelijk schokkend ook is dit verhaal over mijn eigen universiteit. Bestuurders van de juridische faculteit wilden de bul niet uitreiken aan een promovenda. Dat gebeurde na de verdediging van het proefschrift. Die verdediging is een ceremoniële gebeurtenis zonder inhoudelijke betekenis. Het idee is dus dat de promovendus automatisch de bul krijgt uitgereikt. Dat de bestuurders hun weigering om de bul uit te reiken niet wilden onderbouwen, riekte naar machtsmisbruik.
Sociale media kun je negeren
Ik was dus tamelijk onwetend over machtsmisbruik aan de academie. Dat verklaarde misschien dat het, vanaf het moment dat mijn stukje in het universiteitsblaadje stond, reacties regende op de sociale media. Alleen, ik had het niet door. Ik werd erover gebeld door de (vrouwelijke) hoofdredacteur die kennelijk van alles over haar heen kreeg omdat ze mijn stuk had geplaatst. Ironisch genoeg was zij het grootste slachtoffer van het mediarelletje. Zij werd ontslagen, nadat een wraaklustige meute van woedende academici zich op haar had gestort.
Maar, ik had dus niets door. Ik schrijf (soms) stukjes, maar ik zit niet op Twitter, Facebook of Instagram, enz. Reacties op mijn stukken lees ik zelden, want ik heb er weinig behoefte aan in een welles-nietes discussie terecht te komen. En ja, ik pleeg meestal wel achter mijn eigen mening te staan. Dus waarom zou ik dan commentaar op mijn mening gaan lezen?
Loes Reijmer ziet alleen misogynie …
Dit brengt mij bij de Volkskrantjournalist Loes Reijmer. Zij had in een column geschreven over de wijze waarop Geenstijl vrouwen aanpakt: altijd hard met nadruk op hun seksualiteit. Of dat waar is, weet ik niet. Ik heb er geen studie van gemaakt. Die enkele keren dat Geenstijl mij op hun site bespraken, regende het vooral complimenten van hun kant. Maar ik ben dan ook een witte, oudere man. Mijn foto zal niet zo gauw op de site geplaatst worden met de vraag “Zou u hem doen?” Maar de foto van Loes Reijmer kwam wel op de site met de vraag “Zou u haar doen?” Loes Reijmer schrijft dat die vraag “kennelijk uitnodigde tot honderden beledigende, vernederende reacties en talloze gewelddadige verkrachtingsfantasieën”.
Ze schrijft ook dat ze “monomaan door reacties zat te scrollen, door reacties op reacties, door likes. Precies wat je níét moet doen. Elke verkrachtingsfantasie duwde m’n hart nog wat verder door m’n luchtpijp, een fysieke reactie waarvan ik nog altijd een vonkje voel als ik iets naars tegenkom op internet.” En inderdaad, dat is precies “wat je níét moet doen”. Je bent toch helemaal niet verplicht al die sociale media bij te houden.
… ook bij Johan Derksen
Het leek erop dat Reijmer zich aan die ‘onthoudingsregel’ ging houden. Tot er iets gebeurde op televisie, schrijft ze. Dat bleek het boven omschreven ‘kaarsincident’ met Johan Derksen te zijn. Reijmer laat daar een heel verhaal op volgen over misogynie. Zo schrijft ze: “Niet alleen wordt de vrouw tot object gemaakt; haar autonomie wordt ook doelbewust geschonden.”
Maar kom op, mevrouw Reijmer, zou het niet eerst verstandig zijn uit te zoeken of er in dit specifieke geval sprake was van uitlokking. Waren deze vrouwen wellicht voetbalgroupies die gepaald, gelakt, enz., langs de lijn klaar stonden om door bekende voetballers meegenomen te worden?
Dus
Er is geweld tegen vrouwen. Er bestaat vrouwenhaat. Vrouwen worden gediscrimineerd en achtergesteld, soms vernederd. Allemaal waar.
Maar: niet alles is misbruik van macht of misbruik van bekendheid door mannen. Soms spelen ook vrouwen hun eigen, niet bepaald passieve rol. Als je zoals Loes Reijmer schrijft over “een gebeurtenis die een verkrachting zou kunnen zijn,” moet je toch ook (juridisch, zie plaatje) meewegen hoe die gebeurtenis tot stand is gekomen? Waarom heeft niemand zich afgevraagd, tot Johan Derksen aan toe, hoe de ‘vrouw van de kaars’ in de buurt van Johan Derksen is gekomen?
0 reacties